Verlengde onderhandelingen over visquota en activiteiten in de Atlantische Oceaan en Middellandse Zee

Verlengde onderhandelingen over visquota en activiteiten in de Atlantische Oceaan en Middellandse Zee

Achtergrond van de visserijactiviteiten en actuele situatie

Op 25 maart 2022 werden visboten afgemeerd in de haven van Santoña, Cantabrië, Spanje. De visserijgemeenschap van de Cantabrische kust heeft besloten dat ze op 28 maart weer actief zullen worden, nadat de rest van de vloten nog in rust blijft.

De vissers die zich bezighouden met trawlvisserij in de Cantabrische Zee bereiden zich voor om de vaart weer te hervatten, ondanks dat de meeste vloten nog niet opereren. Deze beslissing volgt op de gemengdheid van seizoensgebonden beslissingen binnen de sector.

Huidige stand van de onderhandelingen tussen EU-landen en de Europese Commissie

De onderhandelingen over de visquota voor de Atlantische en Middellandse Zee worden op dit moment voortgezet en duren langer dan gepland. De Europese Commissie heeft een nieuwe voorstel gedaan voor de verdeling van de Quota’s en de maximale toegestane visvangst (TAC) voor 2026. De lidstaten, waaronder Spanje, Frankrijk en Italië, evalueren nog steeds dit voorstel, dat gericht is op het herstellen van depleted visbestanden en het verminderen van de economische beperkingen.

De lidstaten proberen vooral maatregelen te treffen die de vermindering van de visserijactiviteiten compenseren. Brussel stelt voor de activiteiten met 65% te verminderen, specifiek gericht op het aantal dagen dat vissers hun schepen mogen inzetten. De nadruk ligt op het aanpassen van de beperkingen zodat de mediterrane vloot in 2024 weer op een vergelijkbaar activiteitenniveau kan opereren, dat ongeveer 130 dagen bedraagt.

Discussies over compensatiemaatregelen en de impact op de sector

De onderhandelingsgesprekken blijven complex en face-to-face besprekingen leveren slechts beperkte vooruitgang op. De discussie gaat vooral over de mechanismen die Brussel voorstelt om de gelijke verdeling van visserijmogelijkheden te waarborgen en de last te verlichten. Hierbij wordt vooral gekeken naar het herstel van de visbestanden en het voorkomen van verdere afname van de vangsturen

Brussel bood als uitgangspunt een vermindering van 65% in aantal visdagen, wat neerkomt op slechts ongeveer negen dagen, met de mogelijkheid om weer tot 130 dagen te komen in 2024. Deze herstelling wordt alleen overwogen indien er aanvullende compensatiemaatregelen worden genomen, wat door zowel de regering als de sector met scepsis wordt bekeken. De sector benadrukt dat de visbestanden in de Atlantische wateren, zoals de schol en heek, hersteld zijn en dat al maatregelen zijn getroffen die in wetenschappelijke aanbevelingen worden bevestigd.

Specifieke voorstellen en standpunten voor de Atlantische Oceaan

Voor de Atlantische wateren worden de visquota aangepast voor bepaalde soorten. Spanje pleit voor het terugdraaien van een voorstel dat voorzien heeft in een vermindering van 28% voor schol en 26% voor pollak. Spanje stelt dat de quota voor heek gehandhaafd blijven. Daarnaast is er sprake van de overbevissing van makreel door landen buiten de EU, zoals Noorwegen, waarbij de EU en deze landen nog een akkoord proberen te bereiken.

Hoewel de wetenschappelijke adviezen voorstellen om de vangst van deze soorten met maximaal 70% te verminderen, zoals momenteel voorgesteld, is er veel onenigheid over de naleving door niet-EU-landen. De verwachting is dat er voor elk land een tijdelijke quota wordt vastgesteld, omdat een universele vermindering niet haalbaar lijkt zonder aanvullende afspraken.

Spread the love