Nieuwe dateringen bewijzen dat Carnac mogelijk het oudste megalithische monument van Europa is – Café Adéle

Recente archeologische vondsten in Carnac wijzen op een hernieuwde datering van het megalithisch complex: het zou het oudste monument van Europa kunnen zijn.

Spread the love

Recente archeologische ontdekkingen in het Carnac-gebied werpen nieuw licht op de geschiedenis van Europese megalieten. dankzij geavanceerde dateringen blijkt het indrukwekkende complex in Bretagne mogelijk ouder dan alle andere bekende stenen monumenten van het continent.

Inhoudsopgave

Wie in Zuid-Bretagne ooit langs de velden van Carnac wandelde, raakt die duizenden rechtopstaande stenen en hun mysterie niet snel kwijt. Tussen Carnac, La Trinité-sur-Mer en Erdeven vormt dit prehistorische lint van stenen een adembenemend landschap – eigenlijk compleet uniek bij daglicht én mist. Maar tot recent bleef de exacte datering voor archeologen een hoofdbreker door de zure grond rondom Morbihan, waar nauwelijks organisch materiaal bewaard blijft.

Nu komt daar verandering in. Dankzij nieuw onderzoek bij Le Plascart — op een steenworp van het centrum van Carnac — weten we meer. Met 49 radiokoolstofdateringen is de chronologie veel nauwkeuriger vastgesteld: de eerste monumentale onderdelen verschenen er rond 4720 v.Chr. Dat nieuws maakt Carnac met stip tot oudste megalithische monument van Europa.

Le Plascart: de beslissende vondst

De opgravingen bij Le Plascart begonnen in 2020, onder leiding van Audrey Blanchard, nadat er plannen waren voor bedrijventerrein (wie weet wat daar allemaal onder zit, eigenlijk). Wat het team vond, overtrof elke verwachting: een onbekend deel van het Carnac-complex met een monumentale grafkamer, steencirkels en forse haardplaatsen met sporen van vuur.

Uit geoarcheologisch en micromorfologisch onderzoek bleek dat de plek afwisselend bewoond was van het late Mesolithicum (ca. 5700–5100 v.Chr.) tot in het Midden-Neolithicum (rond 4050 v.Chr.). Vooral de datering van de grafheuvel en omringende bouwwerken was spectaculair: de bouw van monumenten in Carnac begon dus véél eerder dan tot nu toe gedacht.

Monumentale grafkamer vóór de megalithische periode

Eén van de spectaculairste vondsten is de pre-megalithische monumentale grafkamer, gedateerd tussen 4791 en 4686 v.Chr. Het betreft een kleine, ronde grafheuvel (3,3 meter breed), die een rechthoekige, bovengrondse stenen tombe afdekt – oriëntatie: noordwest–zuidoost. Deze datering maakt de grafheuvel bij Le Plascart tot één van de oudste grafmonumenten in West-Europa, ouder dan bekende sites als Saint-Michel of Tumiac.

Lichamen of grafgiften zijn vanwege het zure Bretonse zand helaas nooit teruggevonden. Dankzij micromorfologisch onderzoek weten we wél: de tombe was oorspronkelijk bedekt met organisch materiaal (mogelijk een houten beschutting!). Rondom zijn nog 46 horizontaal gelegde stenen teruggevonden die vermoedelijk dienden als symbolische afbakening. De grafkamer was duidelijk bedoeld als monument; het centrale punt in het geheel.

Millennium-bouwfasen: groeiende architectuur

Een paar generaties na de grafheuvel, tussen 4670 en 4250 v.Chr., werden op een heuveltje in het terrein rijen menhirs opgesteld. De grote blokken zelf zijn – typisch Frans – waarschijnlijk gerecycled in latere eeuwen. Wat resteert: putten, keien en funderingen áchtergelaten door bouwers van zo’n 6.500 jaar geleden.

Uit onderzoek blijken er minstens drie bouwfasen, met gaten tot 1,8 meter doorsnee die opgevuld waren met ruim 100 kilo keien. Waarschijnlijk stonden hier stenen van dik 3 meter hoog. De rijen waren doorgaans noord–zuid gericht – opvallend, want elders rond Carnac vinden we hetzelfde patroon.

Bovendien vonden archeologen er grote ronde haardplaatsen, gemaakt van roodachtig graniet. Je kon er gerust een halve picknick op kwijt: wie weet, misschien werden ze gebruikt bij rituelen of gezamenlijke festiviteiten (Barbecuen kan ook archeologisch zijn, blijkt maar weer). Sommige van deze haardplaatsen zijn net zo oud als de menhirs, wat duidt op rituele of ceremoniële functies.

Datering die de geschiedenis herschrijft

Het onderzoeksteam gebruikte geavanceerde Bayesiaanse modellen op de 49 radiokoolstofmetingen. Veel monsters bestonden uit kortlevende houtsoorten zoals hazelaar en eik. Daarmee kon voor het eerst de chronologische volgorde van zes bewoningsfasen scherp in beeld worden gebracht: van circa 5700 tot 4050 v.Chr.

Het sleuteljaar is fase 3: de bouw van de grafheuvel rond 4720 v.Chr. Dat is ongeveer duizend jaar vóór Stonehenge. Daarmee behoort Le Plascart tot de allereerste monumentale plekken van Europa – misschien zelfs het beginpunt van de megalithische traditie rond de Atlantische kust. De combinatie van grafkamer, steencirkels en monumentale haardplaatsen in de vroege vijfde millennium voor Christus maakt Carnac serieus kandidaat als bakermat van het Europese megalithicum.

Een ander landschap: natuur en symboliek

Opvallend in Le Plascart is de manier waarop men met het landschap omging. De horizontaal gelegde stenen rond het graf zijn doelbewust aangebracht, om een kunstmatige granietrots te laten ontstaan, als echo van het omringende, natuurlijke Bretonse landschap.

Volgens de onderzoekers was Le Plascart een symbolische, performatieve ruimte. Het doel: een sociaal en ritueel centrum creëren — van verre zichtbaar over het vlakke terrein, zelfs uit de richting van de zee. De combinatie van rechtopstaande (menhirs) en liggende (grafheuvel en stenen) architectuur lijkt bewust gekozen en draagt een dubbele boodschap uit in het landschap.

Het eerste grote monument van Europa?

De vondsten bij Le Plascart veranderen radicaal hoe we denken over de wortels van het Europese megalithicum. dankzij fijnmazige datering en slimme analyse blijkt Carnac veel eerder een ‘monumentaal centrum’ te zijn geworden dan men durfde aan te nemen. De combinatie van een pre-megalithische grafheuvel, menhir-rijen en ceremoniële haardplaatsen, allemaal gedateerd tussen 4790 en 4250 v.Chr., markeren het beginpunt van een architectonische en sociale traditie die duizenden jaren heeft voortgeduurd.

Volgens de hoofdonderzoekers is Le Plascart de ontbrekende schakel in het gigantische puzzelstuk van Carnac. De opgraving bevestigt niet alleen dat het megaliethart Atlantisch van oorsprong is maar roept tegelijk nieuwe vragen op: wat dreef deze vroege landbouwsamenlevingen, welke kennis bezaten ze over techniek en planning — en wat maakte dat men hier, in het huidige Bretagne, de allereerste steen verplaatste?

Spread the love