Voedselveiligheidsexpert Mario Sánchez Rosagro legt uit welke fruitsoorten u beter niet in de koelkast bewaart als u hun volle smaak en textuur wilt behouden. Veel Nederlanders maken deze fout ongemerkt dagelijks.
Inhoudsopgave
Mario Sánchez Rosagro, bekend als voedingsmiddelentechnoloog en oprichter van het platform Lo de comer, heeft honderdduizenden Nederlanders verbaasd doen staan op TikTok. In zijn populaire video’s vertelt hij waarom bepaalde fruitsoorten de smaak volledig verliezen als u ze in de koelkast legt. Zijn verhaal draait vooral om zogenaamde ‘klimacterische vruchten’ – en waarom u ze soms echt niet koud moet zetten.
Wat zijn klimacterische vruchten?
Volgens Sánchez zijn bananen, peren, appels, tomaten en avocado’s allemaal ‘klimacterisch’: ze blijven doorrijpen nadat ze zijn geoogst. Dat komt doordat ze ethyleen produceren – een natuurlijk gas, dat fungeert als groeihormoon voor planten en het rijpingsproces versnelt.
Het is dus slim om regelmatig te checken hoe fruit en groente erbij liggen in uw fruitschaal.
Zoals Mario het zegt: “Als u deze vruchten in de koelkast legt, krijgen ze een stuk minder smaak.” Koude lucht stopt of vertraagt het rijpen en dat merkt u aan de zoetheid en structuur van het fruit. Een banaan in de koelkast? Smaakt nooit meer hetzelfde — dat heb ik helaas zelf ondervonden na een zomer vol mislukte smoothies.
Moet u deze vruchten dan nooit in de koelkast bewaren?
Het antwoord is niet zo zwart-wit. Op warme dagen is het koelen van fruit vaak juist nodig — anders bederft het snel, zeker als u boodschappen doet op de markt of bij Jumbo en de zon schijnt volop. Idealiter bewaart u klimacterisch fruit buiten de koelkast terwijl het nog aan het rijpen is, en stopt u het pas daarna koud om bederf te voorkomen.
Mario merkt hier bovendien over op dat sommigen juist van koud fruit houden: “Over smaak valt niet te twisten! Aanbevelingen zijn één ding, uw eigen voorkeur is een tweede.”
Klimacterisch vs. niet-klimacterisch fruit: het grote verschil
Om het praktisch te houden deelt Mario fruitsoorten in twee groepen in:
- Klimacterisch: deze vruchten rijpen nog na de oogst. Denk aan banaan, appel, peer, avocado, tomaat.
- Niet-klimacterisch: deze vruchten stoppen direct met rijpen zodra ze geplukt zijn. Voorbeeld: sinaasappel, mandarijn, kers, framboos, aardbei.
Handige tip voor in de keuken: leg een bijna rijpe avocado naast een banaan of appel. Het ethyleen uit de banaan helpt uw avocado sneller te rijpen — ideaal als u ineens toch trek krijgt in guacamole!
Let wel op: door verschillende fruitsoorten bij elkaar te leggen versnelt u onbedoeld het bederf. Een veelgemaakte fout in Nederlandse huishoudens is het samenvoegen van overrijpe en onrijpe vruchten in één schaal. Iedereen heeft weleens meegemaakt dat een bakje Hollandse aardbeien van de markt binnen een dag schimmel bevat. Meestal komt dit doordat rijp fruit extra ethyleen afgeeft en zo de buren in de fruitschaal razendsnel laat rijpen (en bederven).
Kortom: door het rijpproces van uw fruit beter te begrijpen, haalt u simpelweg meer smaak én minder verspilling uit uw dagelijkse boodschappen. En ja — zelfs uw broodtrommel op kantoor profiteert ervan!