Aanleiding en achtergrond van de zaak
Het Internationaal Strafhof (IST) heeft een hoger beroep van Rusland geaccepteerd tegen een verzoek van Oekraïne om een van de argumenten van Moskou voor de invasie te verwerpen. Rusland stelde dat Oekraïne een genocide zou plegen op de Russische bevolking in de regio Donbas, in het oosten van Oekraïne.
Het hof erkende de reactie van Rusland, omdat beide partijen hun stellingen baseren op dezelfde internationale overeenkomst, namelijk het Verdrag tegen Genocide uit 1948. Dit vormt de kern van de beslissing en de onderliggende juridische argumentsatie.
Verbinding tussen de deelnemingen en het verdrag
Volgens de uitspraak die maandag werd gepubliceerd, bestaat er een directe relatie tussen de hoofdvordering van Oekraïne en de reactie van Rusland. Beide worden onderbouwd door hetzelfde instrument: het Verdrag tegen Genocide, dat dient als basis voor de jurisdictie van het hof en als fundament voor de vorderingen van beide partijen.
Het Internationaal Strafhof merkt op dat Rusland in grote mate dezelfde bewijzen probeert te gebruiken, zowel om de Oekraïense claim te weerleggen als om zijn eigen tegenargumenten te ondersteunen.
Geschiedenis en inhoud van de procedure
De procedure begon op 26 februari 2022, twee dagen na het begin van de Russische invasie. Deze zaak richt zich vooral op de jaren voorafgaand aan het conflict, met expliciete verwijzingen naar de regio’s Donetsk en Luhansk in Oekraïne.
Oekraïne heeft het hof ervan beschuldigd dat Rusland ten onrechte beweerde dat er in de regio’s Lugansk en Donetsk genocide plaatsvond. Moskou gebruikte die beweringen om de regio’s als onafhankelijk van Oekraïne te erkennen. Oekraïne vroeg het hof te bevestigen dat deze beweringen ongegrond zijn. Het zou hiermee een belangrijke juridische basis wegnemen voor Rusland om haar invasie te rechtvaardigen.
Twee jaar later oordeelde het hof dat het bevoegd was om zich in deze zaak te richten en gaf het Rusland de mogelijkheid om een tegenargument in te dienen ter verdediging van haar standpunt.
Huidige stand van zaken en procedureverloop
Het oordeel dat maandag werd uitgesproken, geeft Oekraïne ook toestemming om te reageren op het tegenargument van Rusland. Daarnaast heeft het hof Rusland opnieuw de gelegenheid gegeven te antwoorden op de verklaringen van Kiev vóór 20 mei 2025 en 22 september 2025, respectievelijk.









