De klacht tegen Renfe en de aanleiding ervan
Het musicalproject ‘Malinche’, geregisseerd door Nacho Cano, heeft recent een rechtszaak aangespannen bij de rechtbank in Madrid. De aanklacht richt zich tegen de spoorwegmaatschappij Renfe, die volgens de producenten het contract voor institutionele sponsoring in april 2024 op onrechtmatige wijze heeft beëindigd. Het contract, dat Renfe als ‘officiële trein’ van het theaterstuk aanwees tot 31 december 2026, werd abrupt en zonder geldige reden door de spoorwegmaatschappij beëindigd. De producenten stellen dat deze beslissing politiektisch gemotiveerd was en onder invloed stond van de belangen van bepaalde actiegroepen.
De rol van publieke en politieke invloed
Volgens de aanklacht zou de beslissing van Renfe politis zijn beïnvloed en aangestuurd door de Vereniging van Consumenten FACUA en haar secretaris-generaal, Rubén Sánchez. Het bleek dat zij het Ministerie van Transport en Duurzame Mobiliteit hadden aangespoord om druk uit te oefenen op Renfe om het contract te beëindigen. Deze druk volgde op een incident waarbij Nacho Cano werd aangehouden omdat hij, volgens de beschuldiging, illegale migranten had ingehuurd voor zijn musical. Cano uitte in de media zijn verwachting dat diverse sponsors, waaronder Netflix, Estrella Galicia en Aeromexico, besloten zouden hebben hun steun stop te zetten, wat de reputatie van het project zou schaden.
De officiële reacties en terugtrekkingen
Renfe gaf op 10 juni 2024 een verklaring af waarin werd gesteld dat de uitspraken van Nacho Cano, waarin hij de Nationale Politie bestempelde als ‘criminelen’, een reden vormden voor het verbreken van de samenwerking. De spoorwegmaatschappij benadrukte dat de Politie, die dit jaar haar 200-jarig bestaan viert, en de veiligheidsdiensten een kernonderdeel vormen van het rechtsstaatssysteem. Ook de minister Óscar Puente plaatste via sociale media een verklaring dat Renfe haar samenwerking met ‘Malinche’ zou beëindigen op basis van de uitspraken van Cano.
De juridische en reputatieaspecten van de scheiding
De producenten stellen dat Renfe de overeenkomst heeft verbroken onder het mom van mogelijk reputatieschade, terwijl de betreffende procedure later werd gesloten wegens gebrek aan bewijs. Ze benadrukken dat zij alle contractuele verplichtingen volledig hebben nageleefd en zelfs kosten hebben gedragen voor zakelijke evenementen in het voordeel van Renfe. Het contract vermelde expliciet dat Renfe als ‘officiële trein’ zou functioneren tot eind 2026, met gezamenlijke marketing- en communicatieactiviteiten. Daarnaast citeert de aanklacht dat Renfe in juli 2024 een clausule heeft ingeroepen die de vroegtijdige ontbinding mogelijk zou maken bij dreigende reputatieschade.
De vermeende orchestratie van de negativiteit
Volgens de dossiers werd de beëindiging van het contract veroorzaakt door een campagne van kwaadwillende organisaties en media die het ‘Malinche’-project en haar maker, Nacho Cano, doelbewust aanvielen. De beschuldiging stelt dat de campagne gericht was op het beschadigen van Cano’s publieke imago en artistieke reputatie. Ze beschrijven dit als een vorm van hostiliteit, lastering en intimidatie van activistische en media-organisaties die dicht staan bij de overheid.
De impact op het project en de economische gevolgen
De producenten stellen dat de opzegging heeft geleid tot onderscheiden verlies aan zakelijke kansen en heeft bijgedragen aan een negatieve reputatie Schadelijk voor de betrokken sponsors en filantropen. Ze beschrijven het als een economische neergang, veroorzaakt door politieke inmenging en gerechtvaardigde angst onder samenwerkingspartners. Volgens de klacht heeft deze situatie geleid tot een financiële crisis voor het musicalproject, met opgestapelde kosten en een gebroken bedrijfsmodel. Daarnaast wordt geëist dat Renfe wordt veroordeeld tot het betalen van een schadevergoeding gebaseerd op een rapport dat vóór de zitting wordt opgesteld.
