Het Overeenkomen van de Europese Klimaatafspraken
Onlangs heeft de Europese Raad een nieuwe bindende doelstelling vastgesteld: tegen 2040 moet de netto-uitstoot van broeikasgassen met 90% verminderd worden ten opzichte van de niveaus van 1990. Deze afspraak, die de onderhandelaars van het Europees Parlement en de regeringen afgelopen nacht bereikten, markeert een significant punt in het Europese klimaatbeleid.
Flexibiliteiten en hun Invloed op de Doelstellingen
De Raad waarschuwde echter dat de in het akkoord opgenomen flexibiliteitsmaatregelen, zoals de mogelijkheid om internationale koolstofkredieten van hoge kwaliteit te gebruiken, de effectieve vermindering van de nationale emissies zouden verminderen tot ongeveer 85%. Deze credits kunnen overeenkomen tot 5% van de niet-gebonden emissieverminderingen van de EU in 1990, wat de haalbaarheid van de doelstelling complexer maakt.
Het waarborgen van de milieuhygiënische integriteit van deze internationale kredieten is volgens het Europese klimaatadviesorgaan cruciaal om de geloofwaardigheid van het klimaatdoel voor 2040 te behouden.
Het Belang van Nationale Actie en Instrumenten
Ottmar Edenhofer, voorzitter van het Europees Klimaatadviesorgaan, benadrukte dat een consistente en geloofwaardige nationale actie noodzakelijk is om investeringen, innovatie en structurele transformaties in de Europese economie te stimuleren.
De EU Emissiehandelssysteem wordt genoemd als een primaire instrument in dat streven, omdat het de prijsstelling van koolstof verkoopt en zo consumenten en bedrijven helpt bij het identificeren van de meest kosteneffectieve manieren om klimaatdoelstellingen te behalen.
De Rol van het Europese Klimaatadviesorgaan
Het Europese Klimaatadviesorgaan is een onafhankelijk lichaam dat wetenschappelijke expertise en advies levert aan de Europese Unie. Opgericht in 2021 via de Europese Klimaatwet, bestaat het uit vijftien wetenschappelijk experts.
Het instituut geeft aan dat de recente Europese overeenkomsten over emissies enkele elementen bevatten die consistent zijn met de wetenschappelijke adviezen sinds 2023. Dit toont aan hoe onafhankelijke wetenschappelijke inbreng bij kan dragen aan complexe beleidsbesluiten.
Wetenschap en Beleidsvorming
Hoewel het uiteindelijke akkoord meer flexibiliteiten bevat dan de oorspronkelijke aanbevelingen, onderstreept het adviesorgaan dat een ‘solide, onafhankelijke en transparante’ wetenschappelijke analyse beleidsmakers effectief kan begeleiden bij het navigeren door complexe beslissingen, zonder het lange-termijndoel uit het oog te verliezen.
Toekomstperspectieven en Implementatie
Daarnaast blijft het adviesorgaan samenwerken met EU-instellingen en lidstaten om de uitvoering van het klimaatdoel voor 2040 te monitoren. Het doel is te waarborgen dat Europa op een geloofwaardige weg blijft naar klimaatneutraliteit in 2050.









