Huidige toestand en recente ontwikkelingen
De Geïntegreerde Voedselzekerheid Fasenclassificatie (IPC) heeft haar eerdere verklaring van hongersnood in de Gazastrook laten intrekken, mede dankzij de komst van humanitaire hulp en het wapenstilstand van 10 oktober. Desalniettemin blijft de ernst van de crisis onverminderd. Ongeveer vijfhonderdduizend mensen bevinden zich nog steeds in een situatie van voedselnood, terwijl meer dan honderdduizend mensen onder omstandigheden leven die als katastrofisch kunnen worden omschreven.
De IPC is een instrument dat oorspronkelijk door de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties (FAO) werd ontwikkeld en dat door meerdere internationale organisaties wordt gebruikt om de noodsituatie te beoordelen, vooral in crisisgebieden waar voedselvoorziening ernstig onder druk staat. In augustus verklaarde de organisatie de situatie in Gaza officieel als hongersnood en de omliggende gebieden.
Huishoudens en kinderwereld in gevaar
In haar nieuwste beoordeling maakt de IPC duidelijk dat, ondanks de relatief positieve wijziging, acute ondervoeding zich in Gaza begint te manifesteren op niveaus die als kritisch kunnen worden beschouwd. Vooral in de gouverneurs en gebieden zoals Deir al-Balah en Jan Yunis worden ernstige vormen van ondervoeding vastgesteld. Als de gevechten opnieuw escaleren en de hulpstroom stopt, waarschuwt de IPC dat Gaza mogelijk in april volgend jaar volledig in hongersnood terechtkomt.
De impact op kinderen blijft bijzonder zorgelijk. Volgens de beoordeling zullen bijna 101.000 kinderen tussen zes maanden en vijf jaar lijden onder acute ondervoeding tot halverwege 2026, waarvan 31.000 in ernstige mate. Daarnaast zullen ongeveer 37.000 zwangere en zogende vrouwen dringende voedingsondersteuning nodig hebben.
De organisatie Save the Children benadrukt dat in 2026 naar schatting 77 procent van de Gazese bevolking geconfronteerd zal worden met extreme honger, inclusief zo’n 800.000 kinderen.
Voedingspatronen en langetermijneffecten
Volgens het rapport ontbreekt het in de markt aan variatie in het dieet van de inwoners. Melkproducten, eieren, vlees, vis en verse groenten en fruit zijn nauwelijks beschikbaar. Save the Children waarschuwt dat het gebrek aan een regelmatige, voedzame maaltijd op lange termijn het fysieke en cognitieve groei van kinderen kan schaden. De beperkte voedingsmiddelen die beschikbaar zijn, bestaan meestal uit brood en bewerkte voedingsmiddelen met hoge suiker- en zoutgehaltes.
Met de komst van de winter bestaat er daarnaast een hoog risico dat kinderen diarree, huidziekten zoals schurft, ademhalingsinfecties zoals bronchitis of pneumonia en onderkoeling zullen krijgen. Ondervoeding verergert deze risico’s omdat het de mogelijkheid van kinderen beperkt om hun lichaamstemperatuur te handhaven en te herstellen van ziektes.
Politieke reacties en controverse
Ahmad Alhendawi, regional directeur van Save the Children voor het Midden-Oosten, Noord-Afrika en Oost-Europa, benadrukt dat de levering van hulp niet betekent dat de crisis is opgelost. Hij waarschuwt dat de nieuwe cijfers de aandacht weer op Gaza moeten vestigen, omdat honger en ondervoeding niet alleen lichamelijke schade aanrichten, maar ook de maatschappelijke structuur van de Palestijnse samenleving bedreigen voor toekomstige generaties.
Het Israëlische gouvernement heeft, opnieuw, de conclusies van de IPC afgewezen. Oren Marmorstein, woordvoerder, stelde dat oorspronkelijke claim dat er geen hongersnood in Gaza was, niet klopt. Volgens hem is de laatste beoordeling ook weer bewust verdraaid en wijst die niet de werkelijkheid in Gaza weer.
De verklaring wordt ondersteund door de bewering dat de IPC de omvang van de hulp eveneens niet nauwkeurig in kaart brengt. Zo zou vooral het aantal vrachtwagens van de VN, dat slechts 20% van alle hulpvervoer vertegenwoordigt, niet representatief zijn voor de totale hulp die Gaza daadwerkelijk ontvangt. Bovendien zou, volgens de Israëlische autoriteiten, dagelijks tussen 600 en 800 vrachtwagens met hulp Gaza binnenkomen, waarvan 70% voedsel bevat. Die omstandigheden zouden ervoor zorgen dat in de periode juli tot november de voedselprijzen met meer dan 80% zijn gedaald.









