Verweren van de presidenten over desinformatie en juridische controverse
De Colombiaanse president Gustavo Petro heeft recentelijk in een verklaring media beschuldigd van het verspreiden van onjuiste informatie en het fabriceren van bewijsstukken. Deze beschuldigingen richten zich op media als ‘El Tiempo’ en de televisiezender Caracol, die volgens hem valse gesprekken hebben gepubliceerd die met kunstmatige intelligentie zijn bewerkt. Petro benadrukte dat deze gespreksstukken niet authentiek zijn en dat ze door de autoriteiten als nep worden beschouwd, gebaseerd op door AI geanalyseerde gegevens.
De president verdedigde zich door te stellen dat er geen geld van drugshandel in zijn campagneresultaten was betrokken, in reactie op de controverse over de vermeende overschrijding van de financieringstops geregistreerd door het Nationaal Kiesraad (CNE). Hij herhaalde dat zijn campagne volledig legaal was en dat de aantijgingen bedoeld zijn om zijn regering te schaden.
De kwestie van vermeende pacten en geheime contacten
De controverse beperkt zich niet tot financiële onregelmatigheden. Er wordt ook gespeculeerd over geheime overeenkomsten tussen dissidenten van de voormalige FARC en verschillende overheids- en militaire functionarissen, waaronder leden van het Colombiaanse leger, de Nationale Inlichtingendirectie (DNI) en de politie. Deze geruchten werden versterkt door de inbeslagname van bestanden bij Alexander Díaz, alias ‘Calarcá’, een dissidentenleider. De federale aanklager onderzoekt nog steeds de authenticiteit en inhoud van deze documenten.
Daarnaast wordt een hooggeplaatste medewerker van de DNI, Wilmer Mejía, die voorlopig uit zijn functie is gezet, beschouwd als mogelijk tussenpersoon tussen dissidenten en delen van de macht. Er zouden clandestiene vergaderingen en informatie-uitwisselingen plaatsvinden met contacten binnen en buiten Colombia.
Het standpunt van Petro over veiligheidsmaatregelen en beschuldigingen
Gustavo Petro benadrukte dat de maatregelen van zijn regering op het gebied van nationale veiligheid gebaseerd zijn op wettelijk verkregen informatie en dat Mejía slechts als functionaris voor een overheidsinstantie heeft gehandeld zonder specifieke invloed op beleidsbeslissingen. Petro verdedigde dat de enige regering die de inzet van surveillance voor criminele activiteiten heeft ontdekt, die van hem is.
Hij stelde dat hij de strijd tegen drugscriminelen al bijna twee decennia voert, vaak onder grote risico’s voor zijn eigen veiligheid en die van zijn familie, en dat hij daarbij de staat strikt naleefde en de wet toepaste. Petro ontkende ook dat er verbanden bestaan tussen hem en andere verdachten, zoals generaal Juan Miguel Huertas, die volgens de inbeslaggenomen materialen betrokken zou zijn bij het faciliteren van bedrijven voor beveiligingsdoeleinden en het verplaatsen van gewapende groepen.
Controverse rondom de betrokkenheid van militaire leiders en politieke figuren
Petro heeft uitdrukkelijk gesteld dat Huertas niet langer deel uitmaakt van de regering in Colombia en dat hij tot 2021 generaal was in de vorige regering voordat hij uit het leger werd gezet. Hij uitte vragen over het feit dat deze documenten nu pas openbaar worden, terwijl ze al maanden geleden werden ontdekt, en koppelde dit aan de politieke gevoeligheid van het moment.
De president uitte daarnaast kritiek op het feit dat het 16 maanden duurde voordat deze informatie openbaar werd gemaakt, wat volgens hem operationele en politieke risico’s met zich meebrengt, vooral nu de verkiezingen naderden.
Reacties en juridische stappen na de aanklagingen
Op de dag voor Petro’s verklaring meldde Colombia’s procureur dat generaal Juan Miguel Huertas en agent Wilmar Mejía tijdelijk werden geschorst wegens vermeende banden met dissidentengroepen die onder de leiding staan van Alexander Mendoza, alias ‘Calarcá’.
De inbeslagname van meerdere computers, samen met wapens en geld, bij ‘Calarcá’ tijdens een militaire controle in juli 2024, vormde de basis voor het onderzoek. Verschillende personen werden toen aangehouden en later vrijgelaten, waaronder de leider van de guerrillabeweging, na de verklaring dat ze betrokken waren bij vredesonderhandelingen.
Het onderzoek zou ook gegevens bevatten over het vermeende faciliteren van de dissidenten door belangrijke politieke figuren en het gebruik van valse bedrijven voor beveiligingsoperaties, waaronder het financieren van de dissidentie van ‘Iván Mordisco’.
De lopende politieke voorbereidingen en verkiezingen van 2026
Colombia bereidt zich voor op de verkiezingen in 2026, waarbij het parlement wordt vernieuwd en een nieuwe president wordt gekozen. De legislatuurverkiezingen staan gepland voor 8 maart, terwijl de eerste ronde van de presidentsverkiezingen plaatsvindt op 31 mei. Mocht er een tweede ronde nodig zijn, dan wordt deze gehouden op 21 juni van hetzelfde jaar.









