De obstakels en de voortgang van de Spaanse financiële consumentenbeschermingswet

De obstakels en de voortgang van de Spaanse financiële consumentenbeschermingswet

De context en de politieke beoordelingen

Op 17 december 2025 heeft Carlos Cuerpo, minister van Economie, Handel en Bedrijven, een hoorzitting bijgewoond in de Mixtcommissie voor de Europese Unie in het Spaanse Congres. Tijdens deze sessie moest hij informatie verstrekken over de herzieningen die hij heeft uitgevoerd met betrekking tot een belangrijke nieuwe wet.

Deze wet, gericht op de oprichting van een Autoriteit voor de Verdediging van de Consument van de Financiële Sector, was jarenlang het initiatief van vicepremier Nadia Calviño. Hoewel de wet oorspronkelijk werd voorgesteld om de bescherming van financiële gebruikers te versterken, is haar voortgang sinds een jaar bemoeilijkt door politieke hindernissen.

De positie van de wet in de parlementaire procedure

Hoewel Cuerpo benadrukte dat het niet uitzonderlijk is dat de wet uit het pakket van hervormingen voor EU-fondsen is gehaald, wordt verwacht dat haar definitieve goedkeuring problematisch blijft. Het politieke landschap wordt gekenmerkt door oppositie van partijen als Partij voor de Burgerrechten (PP) en Vox, die zich verzetten tegen de wet, evenals door blokkades van de partij Junts. Daarnaast heeft Brussel bevestigd dat Spanje deze wet niet noodzakelijkerwijs moet goedkeuren om EU-fondsen te ontvangen, waardoor de druk op de parlementaire goedkeuring afneemt.

Desalniettemin blijven bronnen binnen het ministerie bevestigen dat de Autoriteit voor de Verdediging van de Financiële Consument voor de regering prioriteit heeft, omdat er sprake is van een maatschappelijke vraag en een duidelijke behoefte onder gebruikers om de wet goedgekeurd te krijgen. Het plan is de wet opnieuw ter stemming voor te leggen aan het parlement.

Achtergrond en initiatief

In het kader van overeengekomen hervormingen met de Europese Commissie, die gericht waren op het verkrijgen van niet-terugvorderbare overdrachten, engageerde de regering zich eerder om een nieuwe toezichthoudende instantie op te richten. Deze instantie moest de acties omtrent klachten die door klanten bij banken worden ingediend, centraliseren en stroomlijnen. Op dat moment was Nadia Calviño, toen vicepresident en minister, verantwoordelijk voor het initiatief.

Het doel was om voor klachten onder de €20.000 de uitkomst bindend te maken, terwijl voor hogere bedragen de uitspraak niet bindend zou zijn. Het voorstel had als ambitie om de klachtenprocedures die nu door de Spaanse Bank, de nationale effectencommissie (CNMV) en de Directie voor Verzekeringen en Pensioenfondsen worden beheerd, te harmoniseren.

Vroege successen en terugvallen

Het wetsvoorstel werd tijdens de vorige legislatuur in het congres goedgekeurd na uitgebreide onderhandelingen, met slechts oppositie van Vox en met de stemming van PP en Junts die zich onthielden. Toen het voorstel naar de Senaat ging, riep premier Pedro Sánchez vervroegde verkiezingen uit en werden de bestaande parlementaire procedures opgeschort.

Na de verkiezingen hervatte de regering haar pogingen om de wet te amenderen en door te voeren, maar de gewijzigde machtsverhoudingen maakten het lastiger om voldoende steun te krijgen. Het voorstel kwam in april 2024 opnieuw in het parlement en de discussie over volledige amendementen werd uitgesteld tot oktober dat jaar.

Het Partij voor de Volkssouvereiniteit (PP) diende uiteindelijk een amendement in dat de wet wilde blokkeren op basis van vermeende plannen van de regering om de nieuwe instantie te ‘koloniseren’, vergelijkbaar met de controverse rond de benoeming van José Luis Escrivá als gouverneur van de bank.

Dit volledige amendement werd niet aangenomen, maar de wet bleef op de agenda en de termijn voor het indienen van aanvullende amendementen werd verlengd tot december 2024. Sindsdien wacht men op de samenkomst van de commissie die de tekst verder moet beoordelen.

Hindernissen door politieke verdeeldheid

De kans dat de wet op voldoende steun kan rekenen, blijft klein. Zowel PP als Vox verzetten zich vanaf het begin, en Junts heeft aangekondigd de volledige wetgeving te blokkeren. Deze drie partijen hebben samen een meerderheid van 177 afgevaardigden in het congres.

Ondanks deze situatie toonde minister Cuerpo in november 2025 optimisme dat het parlement de procedure zou kunnen afronden en de wet zou kunnen goedkeuren, na gesprekken met verschillende politieke fracties. Een maand later liet hij echter weten dat de oprichting van de nieuwe toezichthouder niet langer deel uitmaakt van de hervormingen die de regering aan Brussel had beloofd om toegang te krijgen tot Europese fondsen.

Volgens Cuerpo had de Europese Commissie Spanje al aangespoord om de resterende hervormingen te versoepelen zodat het land alle beschikbare fondsen kon ontvangen voordat het huidige programma afloopt in augustus 2026.

Inbreng tijdens de Europese Commissie

Tijdens de hoorzitting in de gecombineerde Commissie voor de Europese Unie van het Congres en de Senaat lichtte de minister toe dat hij deze hervorming, samen met andere zestien initiatieven uit het herstelplan, heeft opgenomen in de wetgeving. Dit moest leiden tot het maximale geldbedrag dat Spanje kon ontvangen.

Hij voegde eraan toe dat de Europese Commissie deze hervormingen zelf als ‘klein’ beschouwt, omdat ze niet direct betrekking hebben op de voornaamste uitdagingen of aanbevelingen die in Brussel werden geformuleerd. Cuerpo onderstreepte dat Spanje binnen zijn bevoegdheden handelt en dat deze aanpassingen uit het herstelplan voortvloeien, maar dat zij niet in de kern van de Europese aanbevelingen passen.

Spread the love