De mening van de Israëlische diplomatie
De Israëlische minister van Buitenlandse Zaken, Gideon Saar, uitte op donderdag zijn ongenoegen over de landen die hebben besloten om te boycotten tijdens de aankomende editie van het Eurovisie Songfestival. Saar stelde dat hij zich schaamt voor die landen die ervoor kozen om het evenement te negeren nadat de Europese Radio-unie (EBU) haar steun uitsprak voor Israël’s deelname. Hij sloot af met de wens dat “de rampspoed hen treft”.
Steun voor Israël door de Europese Radio-unie
Hij verwelkomde de beslissing van de EBU om Israël te laten deelnemen en uitte zijn afkeer jegens de landen die door hun boycott het muziekevenement trachtten te beïnvloeden. Saar verklaarde op het sociale netwerk X dat hij blij is met het standpunt van de organisatie, die de integriteit van het festival verdedigt tegen de boycot.
Israël’s president uit zijn steun
De Israëlische president, Isaac Herzog, verklaarde dat de meerderheid van de lidstaten van de EBU die Israël’s deelname steunde, een teken is van solidariteit, kameraadschap en samenwerking. In een bericht op hetzelfde sociale platform uitte Herzog zijn vreugde dat Israël opnieuw zal meedoen aan het Eurovisie Songfestival en hoopte dat het evenement blijft dienen als een voorbeeld van cultuur, muziek, vriendschap tussen landen en wederzijds begrip.
De rol van culturele samenwerking
Herzog bedankte de ‘vrienden’ die het recht van Israël op deelname hebben verdedigd, waarbij hij stelde dat dit de culturele en muzikale banden tussen naties versterkt. Hij benadrukte dat Israël het verdient om vertegenwoordigd te zijn op wereldpodiums en dat de solidariteit via muziek en cultuur van grote waarde is.
De stemming binnen de EBU en de gevolgen
Na de recente besluitvorming binnen de EBU werd bekend dat een ruime meerderheid zich uitgesproken heeft tegen het houden van een nieuwe stemronde over de deelname van landen aan het festival. Dit betekent dat het evenement zoals gepland doorgaat en Israël mag blijven deelnemen.
De voorzitter van de EBU, Delphine Ernotte, bevestigde dat de uitkomst van de stemming het gedeelde engagement voor transparantie en vertrouwen in het festival onderstreept. Tijdens een bijeenkomst van de Algemene Vergadering in Genève werd vastgesteld dat het festival doorgang vindt zoals bedoeld.
Reacties van landen en de impact op Spanje
In september besloot de Raad van Bestuur van RTVE dat Spanje zich zou terugtrekken uit het festival als Israël deelnam. Naast Spanje, dat tot de ‘Big Five’ behoort vanwege haar grote bijdrage aan de EBU, kondigden nog vier andere landen aan dat ze hun deelname afhankelijk maakten van de uitsluiting van Israël. Dit betrof Ierland (RTÉ), Slovenië (RTVSLO), IJsland (RÚV) en Nederland (AVROTROS).
Deze beslissing betekent dat RTVE niet de finales van Eurovision 2026 zal uitzenden, die op 16 mei in Wenen zullen plaatsvinden, noch de halve finales op 12 en 14 mei. Het vertrek van Spanje uit het festival onderstrepen de huidige politieke en sociale spanningen rondom de deelname van Israël aan het evenement.









