De reactie van de Europese Unie op lokale projecten
De regionale minister van Mobiliteit in de Cantabrië-regio, Roberto Media (PP), heeft bevestigd dat de Europese Unie inmiddels heeft gereageerd op een verzoek van Podemos, waarin werd geklaagd over het project van de ‘Mirador del Pas’ kabelbaan en de bijbehorende toegangswegen.
Tijdens een vergadering van het regionale parlement op maandag, werd door een vertegenwoordiger van het Regionalistische Blok gevraagd naar de geplande werkzaamheden rondom La Engaña. Media bevestigde dat de weg die toegang moet bieden tot de kabelbaan onderdeel wordt van het Regionale Wegenplan en dat dit reeds in een voorlopige versie aanwezig is.
Media uit zijn spijt over het feit dat Podemos in september een vraag had ingediend bij de Europese Commissie, waarin werd gevraagd of het mogelijk was het project te stoppen. Die vraag was ingediend door Europarlementariër Isabel Serra, waarop de minister haar waarschuwde dat de werkzaamheden niet zouden worden stopgezet.
Hij voegde eraan toe dat Serra en degenen die haar opdracht hadden gegeven, zich ervan bewust waren dat het project niet kon worden tegengehouden en bedankte haar niet, maar uitte zijn spijt dat haar vraag was gericht op het schaden van de belangen van de inwoners van Cantabrië.
De juridische en milieukwesties rond het kabelbaanproject
De partij Podemos had de Europese Commissie gevraagd om onderzoek te doen naar mogelijke overtredingen van milieuregelgeving. Ze beweerden dat het project geen adequaat milieueffectrapport had en geen beoordeling had ondergaan over de impact op het Natura 2000-netwerk, dat beschermde natuurgebieden omvat.
Daarnaast werd gesteld dat er sprake was van een artificiële opsplitsing tussen de toegang en de kabelbaan, wat volgens hen de milieuwetgeving zou schenden en de integriteit van het project ondermijnt.
Veranderingen in de selectieprocedures voor lokale ambtenaren
Na de verklaring van Media verscheen de collega van het ministerie van Onderwijs, Sergio Silva, om te antwoorden op vragen van de partijen PRC en PSOE over de voorgestelde hervormingen in het selectieproces voor openbare functies in Cantabrië, met name voor de toekomstige sollicitatieronde van 2026.
De nieuwe plannen omvatten het afschaffen van de gebruikelijke cijfers van de laatste twee selectieprocedures en het invoeren van een centraal tribunal en vrijwillige lidmaatschappen. Zowel PRC als PSOE verzetten zich tegen deze veranderingen, omdat ze het proces volledig willen behouden zoals dat al meer dan twintig jaar werd gedaan, en uitten zorgen over de transparantie en objectiviteit ervan.
Ze wezen erop dat de nieuwe samenstelling van het tribunal, bestaande uit een voorzitter en vier leden waarvan twee via loting worden gekozen en twee op vrijwillige basis, leidt tot wantrouwen en de onafhankelijkheid kan ondermijnen.
Silva verdedigde de hervormingen door te stellen dat ze gericht zijn op het verbeteren en stroomlijnen van het selectieproces. Hij benadrukte dat het streven is om het aantal betrokken personen te verminderen en dat het gebruik van één enkel tribunal de procedure efficiënter zou maken.
Hij voegde toe dat in 2025 in totaal 68 tribunals moesten worden opgericht voor de ongeveer 700 onderwijzers die deelnamen aan het selectieproces, en dat er niet veel docenten waren die vrijwillig lid wilden worden van een tribunal.
Acties voor de ondersteuning van langdurige zorg
In het parlement sprak ook Begoña Gómez del Río, vertegenwoordiger van het ministerie voor Sociale Inclusie, over plannen om een stabielere werkomgeving te creëren voor de langdurige zorgsector voor ouderen. Ze zei dat haar ministerie zich richt op het verhogen van de cijfers voor de juiste toewijzing van hulpbehoevenden en het verbeteren van de werkomstandigheden voor de zorgmedewerkers.
De minister benadrukte dat haar departement de focus legt op het bieden van kwalitatief goede diensten en het continu verbeteren van de zorg. Ze bekritiseerde de regionale partijen, met name het Regionalistische Blok, omdat zij nooit echt betrokken waren bij de sector van de langdurige zorg en geen maatregelen namen bij het beheer van het personeel in de overheid.
Volgens haar wordt er vooral geklaagd over de sector wanneer men in de oppositie zit.
Rosa Díaz van het PRC zei dat de eisen van de sector geen kosten, maar investeringen zijn in waardigheid en goede arbeidsomstandigheden voor de ouderen. Ze benadrukte dat de werkgeversgroep heeft opgeroepen tot consensus en dat er een gezamenlijke aanpak nodig is om de juiste maatregelen te treffen en niet te vertrouwen op korte termijnoplossingen voor deze legislatuur of de volgende.









